Nieuwsartikel

Effect op Amsterdam van besluiten FPK

Het Fonds Podiumkunsten (FPK) heeft op dinsdag 2 augustus bekend gemaakt welke instellingen in aanmerking komen voor een meerjarige activiteitensubsidie. Amsterdam kan gekenschetst worden als grootverbruiker van de subsidies van het FPK. Van het totale aantal aanvragen (212) kwamen er 98 uit Amsterdam. Hiervan zijn er 41 toegekend voor een totaalbedrag van 12,8 miljoen. Deze instellingen ontvingen vier jaar geleden voor zover ze toen in de regeling zaten 9,3 miljoen; 23 instellingen ontvingen een positief advies maar door gebrek aan budget geen subsidie. Ter vergelijking Rotterdam diende 12 aanvragen in, Den Haag 13 en Utrecht 18.

De Meerjarige activiteitensubsidies Fonds Podiumkunsten 2017-2020 zijn hier terug te lezen subsidiebesluiten van het fonds hebben van oudsher een grote impact op het culturele leven van Amsterdam omdat veel podiumkunstinstellingen hier wonen en repeteren. Het fonds stelt in zijn inleiding terecht dat dit niet betekent dat de subsidie in Amsterdam wordt besteed. De voorstellingen en concerten van deze gezelschappen en ensembles zijn goed gespreid over het hele land. Van de grote steden is Den Haag in deze subsidieronde met vier toewijzingen het slechtst bedeeld door het FPK, toch overheerst in de pers de impact van de negatieve besluiten die het FPK heeft genomen over Amsterdamse aanvragen.

Structureel budget tekort

Verschillende Amsterdamse instellingen krijgen ondanks een positief advies geen landelijke subsidie (meer). Het gaat om Danstheater Aya, Jazz Orchestra of the Concertgebouw, Amstel Quartet, Tomoko Mukaiyama, Doek, Wishful Singing, Jazz in Motion, De Nieuw Amsterdam, De Verlichting, Dood Paard, George & Eran Producties, Maatschappij Discordia, Orkater, Rast, Urland, Project Wildeman, De Tafel van Vijf, Theatergroep Flint, Touki Delphine, Nederlands Theater Festival, Amsterdamse Cello Biënnale en Flamenco Biënnale.
De belangrijkste constatering is dat er bij het FPK te weinig budget aanwezig is. De bezuinigen van het kabinet Rutte I, die op een paar kleine ingrepen na niet zijn gerepareerd door de huidige kabinetscoalitie van PvdA en VVD, hebben de cultuursector in een te krap pak gezet. In 2012 slonk het budget van het FPK voor de meerjarenregeling met veertig procent terwijl de landelijke basisinfrastructuur tegelijkertijd naar ongeveer tachtig instellingen werd teruggebracht. Alle podiumkunst instellingen die uit de BIS vielen, moesten een beroep doen op het fonds. Nu blijkt dat het structurele tekort aan budget bij het FPK leidt tot keuzes die eigenlijk niet te rechtvaardigen zijn.
Bovenstaande negatieve subsidiebesluiten leiden niet per se tot het staken van activiteiten. Sommige ‘positief beoordeelde instellingen zonder subsidie’ ontvangen geld uit andere bronnen zoals subsidie van Amsterdam via het AFK, maar de uitkomst brengt belangrijke verschuivingen aan in het Amsterdamse veld van podiumkunsten. De procedure van het FPK is zo ingericht dat een vrijval of aanvulling van budget, toevalt aan de opvolger op een ranglijst. De festivals zijn al begonnen met een lobby bij de Tweede Kamer voor een verhoging van het subsidiebudget voor festivals.

Festivals

Het FPK-budget voor festivals van 2,1 miljoen is viermaal overtekend en loopt daarmee bijzonder uit de pas met de tijdgeest, die een sterke toename van festivals laat zien. In Amsterdam is de categorie Festivals minder zichtbaar in de subsidiebesluiten omdat de festivals hier zijn ingedeeld bij de disciplinecommissies waar ze logischerwijs toe behoren. Bovendien kent de hoofdstad een festivalbeleid waarin ook andere aspecten zoals spreiding en overlast een rol spelen. Maar het is natuurlijk zeer wrang dat enkele festivals uit de categorie ‘positief beoordeeld zonder subsidie’ van het FPK een dag eerder van het AFK een vierjarige subsidie hebben gekregen, die natuurlijk niet toereikend is om hun ondernemingsplan uit te voeren. Met de bedragen die zij uit Amsterdam krijgen kunnen zij zonder landelijke subsidie hun ingediende plannen niet uitvoeren. Het gaat om de Flamenco Biënnale Nederland (€ 55.000), Cello Biënnale Amsterdam (€ 110.000), het Amsterdams Kleinkunstfestival ( € 60.000) en de Theaterdagen (€ 120.000) wat een andere naam is voor het Nederlands Theater Festival en het Fringe festival samen.

Theater

In de discipline theater komt het stopzetten van de subsidie voor Orkater, die zowel in de categorie Muziektheater als in Theater had aangevraagd hard aan. Zakelijk leider Marc van Warmerdarm kondigde in het Parool reeds aan dat dit het einde van het roemruchte gezelschap kan betekenen. Ook dat levert een vraag op voor de Amsterdamse politiek, aangezien het AFK op 1 augustus aan Orkater een toezegging heeft gedaan van € 540.000 subsidie per jaar. In de komende weken zal blijken of het fonds, of de wethouder deze beslissing moet heroverwegen.

Dans

Er is minder aandacht in de media voor de ontwikkelingen in de Dans, hoewel deze zeer slecht uitpakken voor Amsterdam. Veem House for Performance, Leine & Roebana, Danstheater AYA en Dansmakers Amsterdam worden niet gehonoreerd door het FPK, terwijl ze wel subsidie van het AFK hebben gekregen. Ook hier zal dus een discrepantie ontstaan tussen de ingediende plannen en de mogelijkheden tot realisatie, die tot herbezinning bij de instellingen moet leiden. Van de twee nieuwkomers krijgt alleen Backbone van Alida Dors subsidie van het AFK omdat Plan-d van Andreas Denk in de categorie ‘positief beoordeeld maar ontoereikend budget’ is geplaatst.

Muziek

Binnen de discipline Muziek hebben de muziekensembles, tevens bespelers van Muziekgebouw aan ’t IJ, zich redelijk goed staande gehouden. Natuurlijk zijn niet alle aanvragen toegekend, maar Amsterdam Sinfonietta ( € 635.300), Asko | Schönberg ( € 571.000), Calefax ( € 263.500), het Nederlands Blazers Ensemble ( € 769.200) en Oorkaan (€ 524.767) ontvangen zoveel subsidie van het FPK, dat ze hun werk op een solide basis kunnen voortzetten.