Toekenningen kunstenplansubsidies door het AFK
Maandag 1 augustus om elf uur heeft het Amsterdams Fonds voor de Kunst (AFK) bekend gemaakt hoe het de subsidies voor het Kunstenplan 2017-2020 verdeelt. Met de
van de vierjarige subsidies door het AFK, zes weken na de presentatie van de adviezen over de A-Bis door de kunstraad, ontstaat een completer beeld van het Kunstenplan 2017-2020. Een uitgebreide reactie van de kunstraad op de besluiten van het fonds volgt in de aanloop naar de bespreking van het kunstenplan door het college van b en w en de gemeenteraad. Hier een eerste reactie.Hoewel de uitkomst van dit toedelingsproces buitengewoon pijnlijk zal zijn voor sommige aanvragers, met name wanneer zij een subsidie ontvangen die met ingang van 1 januari 2017 zal worden beëindigd, is er sprake van een grote mate van continuïteit. Het uitbesteden van de toedeling van € 23,9 (hiervan is € 21,4 miljoen voor de vierjarige regeling) van het kunstenplanbudget van € 111,2 miljoen aan het AFK door wethouder Ollongren heeft niet geleid tot grote beleidswijzigingen. De zorg dat de grotere instellingen bij het AFK de dupe zouden worden van de stelselwijziging is niet bewaarheid. Enkele grote instellingen, waaronder Theater Bellevue, Jeugdheater De Krakeling en de Kleine Komedie, zijn in budget gestegen. Tachtig procent van de huidige kunstenplaninstellingen die een aanvraag heeft ingediend, is gehonoreerd en het budget voor deze groep is met zeventien procent omhoog gegaan.
Het AFK heeft het middenkader op sterkte gehouden en tegelijkertijd nieuwkomers een plek geboden in de vierjarige regeling van het kunstenplan. Onder de nieuwkomers zijn ook de instellingen die zich richten op jongereneducatie, die vier jaar geleden bij de invoering van het basispakket voor cultuureducatie niet konden aanvragen. De AKr waardeert deze hernieuwde aandacht voor de schakel ‘bekwamen’ in het kunstenplan.
Met ingang van 1 januari 2017 heeft het gemeentebestuur een bedrag van € 7,6 miljoen per jaar extra gereserveerd voor cultuur. Van dit extra geld is € 5,1 miljoen naar het AFK gegaan, om doorstroming te bevorderen en de overgang naar de nieuwe systematiek soepel te laten verlopen. Dit heeft een impuls gegeven aan de vraagzijde. Er zijn 31 procent meer aanvragen voor dit kunstenplan ingediend dan vier jaar geleden en veel aanvragers hebben aanzienlijk meer budget gevraagd dan ze nu tot hun beschikking hebben. Het geheel van toekenningen ziet er evenwichtig uit, wat gezien de druk op het budget een goede prestatie is van het fonds. Wel heeft het AFK minder nieuwkomers in het kunstenplan opgenomen dan in 2013 werden toegelaten. Het aantal nieuwkomers bedraagt nu 45, toen waren het 48 instellingen.
Het bewaken van de continuïteit en ruimte maken voor vernieuwing is niet in alle disciplines even goed gelukt. Doordat de budgettaire kaders per discipline van tevoren waren bepaald, kennen zowel de danssector als de sector beeldende kunst, fotografie, nieuwe media en architectuur aanvragers met een positieve beoordeling die door gebrek aan budget niet of slechts gedeeltelijk gehonoreerd worden. De functie productiehuis voor de Dans die belegd is bij Dansmakers Amsterdam kan met een toegekend bedrag van € 155.000 niet meer door deze instelling naar behoren worden uitgevoerd. De AKr is het eens met de constatering van het AFK dat Amsterdam momenteel een goede, bruisende dansplek ontbeert.
In zes gevallen heeft het fonds besloten geen subsidie toe te kennen omdat de ‘subsidiebehoefte’ ontbreekt. Daarbij verwijst het naar artikel 1.6 lid 2 onder c van de regeling vierjarige subsidies, die bepaalt dat een instelling niet in aanmerking komt voor subsidie wanneer ‘de aanvrager ook zonder subsidie over voldoende gelden, hetzij uit eigen middelen hetzij uit middelen van derden, beschikt om de activiteit te realiseren’. Een beperkt aantal nieuwkomers heeft geen toegang tot de procedure gekregen op juridische gronden. Hun namen en de reden van hun afwijzing komen in de overzichten niet voor.