Speech Felix Rottenberg bij de presentatie van De stad is nooit af
Zeer geachte aanwezigen,
De cijfers van Jeroen Slot en zijn erudiete, aanstekelijke toelichting laten zien dat de komende 10 tot 15 jaar de groei van het bezoekersaantal aan de Amsterdamse binnenstad groot zal zijn: 3 tot 5%, over tien jaar dus 8 tot 9 miljoen bezoekers meer.
Amsterdam is in een korte periode wakker geschud, vijf jaar geleden was dit vraagstuk nog niet urgent.
De neiging is groot om het als een onoplosbaar probleem te behandelen. Toen ik vorig jaar aantrad als voorzitter van de Amsterdamse Kunstraad heb ik het direct hoog op onze agenda gezet, immers kunst en cultuur is in al haar variëteit één van de belangrijkste redenen waarom Amsterdam zo intensief wordt bezocht.
Vandaag presenteert de Amsterdam Kunstraad 21 aanbevelingen over de stad, de aantrekkingskracht, de drukte, de kansen en de toekomst.
Wij vinden dat het primaat van creativiteit, inventiviteit en sociale empathie van kunstenaars, ontwerpers en leiders van cultuur- en kunstinstellingen moet prevaleren in de stadsontwikkeling en adequaat tegenwicht moet bieden aan de eenzijdige belangen van projectontwikkelaars en internationale vastgoed partijen.
Wij hebben een viertal sessies belegd met kunstenaars, directeuren van Amsterdamse kunst- en cultuurinstellingen, stedenbouwers en architecten, vastgoed experts, ondernemers uit de wereld van de hotellerie en de wereld van logistiek. In eerste instantie hadden we de neiging het vraagstuk zoals we het noemden – de overkookte stad – verder te problematiseren.
Want van de opbrengsten van het toenemend aantal bezoekers profiteert één en dezelfde groep ondernemers, terwijl de lasten worden opgebracht door bewoners en door winkeliers die hinder ondervinden van abrupt stijgende huurprijzen.
Het centrum van de stad zou gegijzeld kunnen gaan worden door internationale private partijen die hun stempel willen drukken op het commerciële toerisme.
Om een toekomstvisie te kunnen ontwikkelen hebben we het vraagstuk omgedraaid: Zie het toenemend bezoek als een grote uitdaging, als een schaalsprong.
Amsterdam wordt niet geconfronteerd met krimp, maar met de vraag hoe ze het toenemend bezoek door de stad in goede banen leidt. Er moet met een flexibele en vaste hand voortdurend richting gegeven worden aan de groei.
Unaniem zeiden onze gesprekspartners: Er is een langetermijnvisie nodig, voor tenminste 20 jaar, een nieuw stedenbouwkundig uitbreidingsplan, waarin kunst en cultuur een natuurlijk plek heeft.
Dat verklaart nogmaals waarom wij als AKr ons met dit vraagstuk inlaten: De culturele kracht, de schoonheid en esthetiek moet actief beschermd worden, als dat uit het oog verloren wordt, komt een unieke kwaliteit van Amsterdam in gevaar. Kleinschaligheid en schoonheid kenmerken de stedenbouwkundige geschiedenis van Amsterdam, denk aan unieke betekenis van de Amsterdamse School in de architectuur.
Om visies voor de lange termijn ook uitvoerbaar te maken heeft de stad dringend behoefte aan een Stadsbouwmeester die beschikt over een eigen budget, staf en tenminste een horizon van zeven jaar om het primaat van culturele stedenbouw maximaal vorm te geven.
Een stadsbouwmeester kan discussies aanjagen waarmee raadsleden en wethouders aan het denken worden gezet en de uitvoering van plannen sneller tot stand komt.
Een stadsbouwmeester kan een sleutelrol vervullen in de ‘emancipatie van periferie’, deze term is gemunt door Floris Alkemade, de Rijksbouwmeester die hier straks uitvoerig op in zal gaan, omdat in de gebieden buiten de ring, enorme kansen liggen.
Wij hebben met voorrang een aantal prioriteiten uitgeselecteerd van de 21 aanbevelingen die wij hier vandaag toelichten.
1. Bouw op een aan te leggen schiereiland in de Sloterplas een Nieuwe Meervaart. De huidige Meervaart functioneert voortreffelijk maar behoeft na 40 jaar meer dan een make-over, het moet voor bewoners in Amsterdam Nieuw-West en Osdorp een cultureel icoon zijn, waar voorstellingen, film, bibliotheek en festivals maximaal tot hun recht komen. De afgelopen jaren hebben Nederlandse architecten als Rem Koolhaas, Francine Houben en MVRDV in steden als Lille en Birmingham, de kans gekregen cultuurgebouwen te realiseren en waarde toe te voegen aan stadswijken. Hier ligt net zo’n kans voor het oprapen.
2. Het Amsterdamse Bos heeft een prachtig theater dat dringend aan renovatie toe is – de plannen van de leiding van het theater zijn veelbelovend en gericht op een internationaal publiek.
3. Voor de Zuidas heeft de Openbare Bibliotheek een uitstekend plan in petto: een tweede grote OBA, die samen met de VU kan worden geëxploiteerd waardoor de Zuidvleugel van de stad over een groot boeken-, kennis- en cultuurpaleis kan beschikken.
Wij adviseren het gemeentebestuur werk te maken van de oprichting van een design en vormgevingsmuseum. De Zuidas is de ideale plek daarvoor, met steun van het bedrijfsleven kan een tot de verbeelding sprekend gebouw worden gerealiseerd. Dee gemeente beschikt over een schitterende collectie in het beheer van het Stedelijk Museum. De gemeente moet het museum vragen haar gespecialiseerde kennis hiervoor ter beschikking te stellen.
4. Het Marineterrein aan de rand van de binnenring is een ideale en duurzame plek voor cultuur- en natuureducatie voor kinderen. Noem het naar de architect Aldo van Eyck en Amsterdamse Stedenbouwkundige Jacoba Mulder die in de jaren vijftig en zestig prioriteit gaven aan kinderspeelplaatsen. Die zijn op grote schaal verdwenen. Maak van het Marineterrein het Mulder-van Eyck kwartier, een uniek jeugdpark voor kinderen, pal bij het Nemo.
5. Versterk Zuidoost door het plan voor de Floriade 2022 onder een nieuwe naam uit te voeren, het kan een enorme impuls geven aan de landschapscultuur van Zuidoost en het bezoek aan dat stadsdeel.
6. Laat de Stadsbouwmeester twee prijsvragen organiseren en uitschrijven:
*Allereerst één over het gebruik van de fiets in Amsterdam. Het Witte Fietsenplan van Provo heeft grote invloed gehad op de fietsinfrastructuur in Brussel en Parijs, niet hier in onze eigen stad. Er is meer dan ooit in Amsterdam behoefte aan een nieuw uitgedacht systeem voor deelfietsen. De technologie is veel verder dan 50 jaar geleden, Amsterdam moet het internationale vernuft mobiliseren waardoor gebruik en stalling van fietsen slim en smart georganiseerd wordt.
*En als tweede, in een samenwerking tussen kunstenaars en landschapsarchitecten, een prijsvraag voor de vernieuwing van het theater in het Amsterdamse Bos. In dit geval kunnen ontwerpen ingediend worden voor een cultuureiland rondom het openlucht theater.
7. In 2016 droeg de omzet van het toerisme in Amsterdam 19 miljard, over tien jaar zal dat bedrag aanzienlijk gestegen zijn. De toeristenbelasting bedraagt 5% op overnachtingen, bestem een fixed percentage voor cultuur, wat gereserveerd wordt in een investeringsfonds, dat de groei van de culturele infrastructuur mede kan accommoderen.
8. Amsterdam staat het komend decennium voor een grote verdichtingsopgave en een schaalsprong. Dat biedt zoals gezegd grote kansen. In een stad vol creatieve en ondernemende bewoners moet de uitbreiding van onderop tot stand komen. Dit vergt, zoals gezegd, richting en curatorschap langs verschillende lijnen, waarin wetenschap, technologie en de kunsten, ideeën aanleveren, vragen stellen, zorgen voor disruptie en het proces van permanente verandering becommentariëren. Betrek de Amsterdamse bevolking bij dit proces door in 2020 in het Stedelijk Museum een expositie ‘Amsterdam 2040’ te organiseren over alle facetten van schaalvergroting, mondialisering en de rol van de kunsten.
Het gaat met voorrang om het mobiliseren van alertheid en cultureel vernuft. Want urbanisatie vraagt om samenspel. Voor het vinden van oplossingen kunnen we niet terugvallen op routine.
De stad is nooit af.